Open Monumentendag
zet sport in de kijker.
Lees meer over de VIIde Olympiade in Antwerpen
Atletenstraat 80, 2020 Antwerpen
Stadion
Beerschot
In 1895 kocht Ernest Grisar, een welgestelde handelaar, de voormalige paardenrenbaan met bijhorende accommodatie op het Kiel. In 1899 bracht zijn zoon er de pas opgerichte Beerschot Athletic Club onder. Naast de al bestaande paardenrenbaan en stallingen werden op de grasterreinen sportvelden aangelegd voor hockey, cricket, rugby, polo en tennis, evenals clubaccommodatie als kleedkamers, een tribune en een buffetrestaurant. In februari 1900 werd ook een voetbalafdeling opgericht, die zich in juli van dit jaar officieel liet registeren. Omdat Ernest Grisar kort daarvoor was overleden werden de half-rouwkleuren paars en wit gekozen als clubkleuren.
Beerschot was een club met aristocratisch karakter, waar de plaatselijke Antwerpse handelselite het voor het zeggen had. Toen Antwerpen zich kandidaat stelde als gastland voor de Olympische Spelen van 1920 werd er in de entourage van Beerschot A.C. alles aan gedaan om het evenement naar Antwerpen en naar Beerschot te halen. Om de kandidatuur kracht bij te zetten werden onmiddellijk een aantal verbeteringen aan de infrastructuur aangebracht. Er verrees een tennispaviljoen met negen nieuwe gravelbanen en een prestigieus clubhuis. Het voetbalveld werd voorzien van een tribune met cafetaria, kleedkamers met warme douches en een lokaal voor het bestuur. Rondom het veld werd een negen meter brede atletiekpiste met trapsgewijs verhoogde staanplaatsen aangelegd. De uitbreidingswerken aan het Beerschotstadion waren in 1913 nauwelijks uitgevoerd of de Eerste Wereldoorlog brak uit.
De verdere uitbouw van het Olympisch Stadion gebeurde in 1919-20. De werken stonden onder leiding van de Antwerpse sportman Fernand de Montigny en zijn collega Louis Somers. De grootse bouwplannen die voor de oorlog waren gemaakt konden door tijd- en geldgebrek slechts gedeeltelijk gerealiseerd worden. Het gebouw werd voorzien van een prestigieuze toegangspoort in gips. Naast de al bestaande hoofdtribune werd aan de overzijde een iets kleinere gebouwd, met houten loges. Achter de doelen, op de staanplaatsen verschenen plaasteren Griekse zuilen. Vier torens maakten het geheel compleet. Aan de toegang stond niet het traditionele beeld van een discuswerper, maar wel van een soldaat die een granaat gooit. Drie maanden voor het begin van de Spelen was het stadion klaar en werd het onder grote publieke belangstelling ingehuldigd met een groot turnfeest.
In de loop der jaren werden heel wat wijzigen aangebracht aan het Olympisch Stadion. In 1922 werden de torens en de Griekse zuilen die voor de spelen waren opgetrokken opnieuw afgebroken. Met de sloop van de kleine tribune in 1991 verdween ook het laatste stukje van het originele Olympisch Stadion. In 1999 werd het complex verbouwd tot wat het nu is, met een capaciteit van circa 13.000 zitplaatsen, verdeeld over vier tribunes.
Stadion
Beerschot
Vrouwe-
kathedraal
Zwembad
Wezenberg
voor nationale
bewegingen
Glace
Beerschot
Atletenstraat 80, 2020 Antwerpen
In 1895 kocht Ernest Grisar, een welgestelde handelaar, de voormalige paardenrenbaan met bijhorende accommodatie op het Kiel. In 1899 bracht zijn zoon er de pas opgerichte Beerschot Athletic Club onder. Naast de al bestaande paardenrenbaan en stallingen werden op de grasterreinen sportvelden aangelegd voor hockey, cricket, rugby, polo en tennis, evenals clubaccommodatie als kleedkamers, een tribune en een buffetrestaurant. In februari 1900 werd ook een voetbalafdeling opgericht, die zich in juli van dit jaar officieel liet registeren. Omdat Ernest Grisar kort daarvoor was overleden werden de half-rouwkleuren paars en wit gekozen als clubkleuren.
Beerschot was een club met aristocratisch karakter, waar de plaatselijke Antwerpse handelselite het voor het zeggen had. Toen Antwerpen zich kandidaat stelde als gastland voor de Olympische Spelen van 1920 werd er in de entourage van Beerschot A.C. alles aan gedaan om het evenement naar Antwerpen en naar Beerschot te halen. Om de kandidatuur kracht bij te zetten werden onmiddellijk een aantal verbeteringen aan de infrastructuur aangebracht. Er verrees een tennispaviljoen met negen nieuwe gravelbanen en een prestigieus clubhuis. Het voetbalveld werd voorzien van een tribune met cafetaria, kleedkamers met warme douches en een lokaal voor het bestuur. Rondom het veld werd een negen meter brede atletiekpiste met trapsgewijs verhoogde staanplaatsen aangelegd. De uitbreidingswerken aan het Beerschotstadion waren in 1913 nauwelijks uitgevoerd of de Eerste Wereldoorlog brak uit.
De verdere uitbouw van het Olympisch Stadion gebeurde in 1919-20. De werken stonden onder leiding van de Antwerpse sportman Fernand de Montigny en zijn collega Louis Somers. De grootse bouwplannen die voor de oorlog waren gemaakt konden door tijd- en geldgebrek slechts gedeeltelijk gerealiseerd worden. Het gebouw werd voorzien van een prestigieuze toegangspoort in gips. Naast de al bestaande hoofdtribune werd aan de overzijde een iets kleinere gebouwd, met houten loges. Achter de doelen, op de staanplaatsen verschenen plaasteren Griekse zuilen. Vier torens maakten het geheel compleet. Aan de toegang stond niet het traditionele beeld van een discuswerper, maar wel van een soldaat die een granaat gooit. Drie maanden voor het begin van de Spelen was het stadion klaar en werd het onder grote publieke belangstelling ingehuldigd met een groot turnfeest.
In de loop der jaren werden heel wat wijzigen aangebracht aan het Olympisch Stadion. In 1922 werden de torens en de Griekse zuilen die voor de spelen waren opgetrokken opnieuw afgebroken. Met de sloop van de kleine tribune in 1991 verdween ook het laatste stukje van het originele Olympisch Stadion. In 1999 werd het complex verbouwd tot wat het nu is, met een capaciteit van circa 13.000 zitplaatsen, verdeeld over vier tribunes.
Open Monumentendag
zet sport in de kijker.
Lees meer over de VIIde Olympiade in Antwerpen
Stadion
Beerschot
Vrouwe-
kathedraal
Zwembad
Wezenberg
voor nationale
bewegingen
college
Glace