Frank Craeybeckxlaan 22, 2100 Deurne

Koninklijk
Atheneum
Deurne

De school werd in 1936 door Eduard van Steenbergen ontworpen in opdracht van de gemeente Deurne. Ze werd gebouwd op een onregelmatig, vijfhoekig perceel. De verschillende vleugels staan rond een centrale en gedeeltelijk overdekte speelplaats. Naast 31 leslokalen zijn er ook een conciërgewoning, een woning voor de studieprefect, twee gymzalen, een toneel- en feestzaal en een publieke stortbadinrichting. De doucheruimte is specifiek bedoeld voor de buurtbewoners. In die tijd was stromend water thuis nog een zeldzaamheid. 

Het gebouw in nieuwe zakelijkheid is modern en het ontwerp werd zelfs geloofd door Henri Van de Velde. Het concept sluit aan bij de nieuwe pedagogische inzichten van die tijd en de moderne overheidsrichtlijnen voor een betere accommodatie van onderwijsgebouwen. De school werd in april 1940 gedeeltelijk in gebruik genomen en een jaar later voltooid. De tweede verdieping op het middenblok dateert van de jaren 1960. De uitbreiding aan de Frank Craeybecxklaan werd in 1978 ontworpen door de zoon van Van Steenbergen.

Het complex is een betonconstructie bekleed met gele baksteen. Buitenmaterialen en kleuren zijn binnen doorgetrokken, evenals de afwisseling van rechte en gebogen lijnen. Het interieur is sober vormgegeven met art deco-inslag in functionele details zoals trapleuningen en lichtarmaturen. De maatvoering is afgestemd op kinderen. Zo zijn de in- en doorgangen laag gehouden en is er een dubbele trapleuning voorzien. Een ronde koperen op kinderhoogte en een tweede op normale, verplichte hoogte. De klassen die Van Steenbergen ontwierp zijn ruimer dan de voorschriften van zijn tijd en baden in licht.

In 2006 startte de restauratie van het gebouw. In de eerste fase werd vooral het lesgedeelte gerestaureerd. De oorspronkelijke kleuren en materialen werden weer in ere hersteld. Er was een grondige vernieuwing van de didactische infrastructuur en technische installaties. De functies van een aantal lokalen wijzigden om tot een moderne school te komen. Verschillende ruimtes werden opnieuw ingericht zoals de refter, de keuken, de modern uitgeruste wetenschapslabo’s, de lerarenkamer en een gloednieuw auditorium. De luifel aan de voorzijde werd hersteld, met inbegrip van de lichtdoorlatende koepel. Het einde van de restauratiefase werd gevierd in de lente van 2010. 

Van 2010 tot 2012 werden in een tweede fase de turn- en sportzaal gerestaureerd. De deuren werden vernieuwd, de vloeren werden behandeld, de zalen werden in de originele kleuren geschilderd. De sportramen werden vervangen. De overige originele toestellen bleven behouden. Ook in de labo’s werden nieuwe brandveilige deuren geplaatst.

 www.kadeurne.be


Offline: This content can only be displayed when online.

Door de aanwezigheid van een aantal markante figuren zou Antwerpen tot de jaren 1930 het centrum van het Duitse turnen zijn, zowel in het verenigingsleven als in de scholen. Turnen werd in Antwerpen geïntroduceerd door Joseph Isenbaert. Hij had zijn diploma turnleraar in Duitsland gehaald en keerde in 1839 naar Antwerpen terug. Hier zou hij de eerste turn- en schermvereniging van het land oprichten, de Société de Gymnastique et d’Armes d’Anvers (1839). Leden waren afkomstig uit de Antwerpse hogere burgerij. In 1846 werd Isenbaert aangesteld als turnleraar in het stedelijk atheneum. Later gaf hij onder andere ook turnles aan de handelsschool Sint-Ignatius, de Duitse school en verschillende Antwerpse privéscholen. In functie van zowel zijn private als schoolse turnlessen richtte hij in 1853 met eigen middelen een moderne turnzaal in op de Meir. 

De Duitser Jacob Happel was turnleider in Isenbaerts Société de Gymnastique et d’Armes d’Anvers. Op zijn vraag werkte hij het Duitse systeem verder uit. Daarnaast verbeterde hij verschillende turntoestellen, waaronder het paard en de bok. Hij wordt aanzien als een van de grondleggers van het moderne turnen. In 1872 werd onder zijn leiding een nieuwe turnzaal gebouwd aan de Kunstlei, de huidige Frankrijklei.

Nicolaas Jan Cupérus was lid van de Société de Gymnastique et d’Armes d’Anvers en leerling van Isenbaert aan het Atheneum. In 1865 was hij medeoprichter van de Belgische Turnbond en in 1881 was hij stichtend voorzitter van het Bureau des Fédérations Européennes de Gymnastique (nu Fédération Internationale de Gymnastique). In 1868 lag hij mee aan de basis van de Gymnastische Volkskring.  Die ontstond uit de idee om naast de elitaire Société Gymnastique een Nederlandstalige turnvereniging voor volksmensen op te richten vanuit de overtuiging dat het een nuttig alternatief bood voor cafébezoek. Als lid van de commissies van Openbaar Onderwijs en van Openbare Gezondheid ijverde Cupérus voor de invoering van gymnastiek- en zwemonderwijs. 

In 1850 werd turnen een verplicht vak in het middelbaar onderwijs en in 1879 ook in het lager onderwijs. Antwerpen was vooruit op de officiële wetgeving. Onder invloed van Isenbaert was in de loop van de jaren 1840 het turnen in de meeste middelbare scholen een feit geworden. Tussen 1850 en 1860 werden ook in bijna alle gemeentelijke basisscholen eenvoudige bewegingsoefeningen gegeven. Tegen 1882 waren veel scholen ook al goed uitgerust voor deze turnlessen, want tijdens de bondsfeesten, georganiseerd door de Antwerpse Bondsvereniging, werden ze hiervoor gelauwerd. De zalen waren ingericht naar het voorbeeld van de turnzaal die Cupérus in 1878 had ingericht in de gemeentelijke meisjesschool van de Provinciestraat. Buiten de schooluren werden ze ook gebruikt door turnverenigingen. 

Turnen
Alle locaties in deze categorie
Offline: This content can only be displayed when online.

De school werd in 1936 door Eduard van Steenbergen ontworpen in opdracht van de gemeente Deurne. Ze werd gebouwd op een onregelmatig, vijfhoekig perceel. De verschillende vleugels staan rond een centrale en gedeeltelijk overdekte speelplaats. Naast 31 leslokalen zijn er ook een conciërgewoning, een woning voor de studieprefect, twee gymzalen, een toneel- en feestzaal en een publieke stortbadinrichting. De doucheruimte is specifiek bedoeld voor de buurtbewoners. In die tijd was stromend water thuis nog een zeldzaamheid. 

Het gebouw in nieuwe zakelijkheid is modern en het ontwerp werd zelfs geloofd door Henri Van de Velde. Het concept sluit aan bij de nieuwe pedagogische inzichten van die tijd en de moderne overheidsrichtlijnen voor een betere accommodatie van onderwijsgebouwen. De school werd in april 1940 gedeeltelijk in gebruik genomen en een jaar later voltooid. De tweede verdieping op het middenblok dateert van de jaren 1960. De uitbreiding aan de Frank Craeybecxklaan werd in 1978 ontworpen door de zoon van Van Steenbergen.

Het complex is een betonconstructie bekleed met gele baksteen. Buitenmaterialen en kleuren zijn binnen doorgetrokken, evenals de afwisseling van rechte en gebogen lijnen. Het interieur is sober vormgegeven met art deco-inslag in functionele details zoals trapleuningen en lichtarmaturen. De maatvoering is afgestemd op kinderen. Zo zijn de in- en doorgangen laag gehouden en is er een dubbele trapleuning voorzien. Een ronde koperen op kinderhoogte en een tweede op normale, verplichte hoogte. De klassen die Van Steenbergen ontwierp zijn ruimer dan de voorschriften van zijn tijd en baden in licht.

In 2006 startte de restauratie van het gebouw. In de eerste fase werd vooral het lesgedeelte gerestaureerd. De oorspronkelijke kleuren en materialen werden weer in ere hersteld. Er was een grondige vernieuwing van de didactische infrastructuur en technische installaties. De functies van een aantal lokalen wijzigden om tot een moderne school te komen. Verschillende ruimtes werden opnieuw ingericht zoals de refter, de keuken, de modern uitgeruste wetenschapslabo’s, de lerarenkamer en een gloednieuw auditorium. De luifel aan de voorzijde werd hersteld, met inbegrip van de lichtdoorlatende koepel. Het einde van de restauratiefase werd gevierd in de lente van 2010. 

Van 2010 tot 2012 werden in een tweede fase de turn- en sportzaal gerestaureerd. De deuren werden vernieuwd, de vloeren werden behandeld, de zalen werden in de originele kleuren geschilderd. De sportramen werden vervangen. De overige originele toestellen bleven behouden. Ook in de labo’s werden nieuwe brandveilige deuren geplaatst.

 www.kadeurne.be


Offline: This content can only be displayed when online.
Koninklijk
Atheneum
Deurne

  Frank Craeybeckxlaan 22, 2100 Deurne

Alle locaties in deze categorie
Turnen

Door de aanwezigheid van een aantal markante figuren zou Antwerpen tot de jaren 1930 het centrum van het Duitse turnen zijn, zowel in het verenigingsleven als in de scholen. Turnen werd in Antwerpen geïntroduceerd door Joseph Isenbaert. Hij had zijn diploma turnleraar in Duitsland gehaald en keerde in 1839 naar Antwerpen terug. Hier zou hij de eerste turn- en schermvereniging van het land oprichten, de Société de Gymnastique et d’Armes d’Anvers (1839). Leden waren afkomstig uit de Antwerpse hogere burgerij. In 1846 werd Isenbaert aangesteld als turnleraar in het stedelijk atheneum. Later gaf hij onder andere ook turnles aan de handelsschool Sint-Ignatius, de Duitse school en verschillende Antwerpse privéscholen. In functie van zowel zijn private als schoolse turnlessen richtte hij in 1853 met eigen middelen een moderne turnzaal in op de Meir. 

De Duitser Jacob Happel was turnleider in Isenbaerts Société de Gymnastique et d’Armes d’Anvers. Op zijn vraag werkte hij het Duitse systeem verder uit. Daarnaast verbeterde hij verschillende turntoestellen, waaronder het paard en de bok. Hij wordt aanzien als een van de grondleggers van het moderne turnen. In 1872 werd onder zijn leiding een nieuwe turnzaal gebouwd aan de Kunstlei, de huidige Frankrijklei.

Nicolaas Jan Cupérus was lid van de Société de Gymnastique et d’Armes d’Anvers en leerling van Isenbaert aan het Atheneum. In 1865 was hij medeoprichter van de Belgische Turnbond en in 1881 was hij stichtend voorzitter van het Bureau des Fédérations Européennes de Gymnastique (nu Fédération Internationale de Gymnastique). In 1868 lag hij mee aan de basis van de Gymnastische Volkskring.  Die ontstond uit de idee om naast de elitaire Société Gymnastique een Nederlandstalige turnvereniging voor volksmensen op te richten vanuit de overtuiging dat het een nuttig alternatief bood voor cafébezoek. Als lid van de commissies van Openbaar Onderwijs en van Openbare Gezondheid ijverde Cupérus voor de invoering van gymnastiek- en zwemonderwijs. 

In 1850 werd turnen een verplicht vak in het middelbaar onderwijs en in 1879 ook in het lager onderwijs. Antwerpen was vooruit op de officiële wetgeving. Onder invloed van Isenbaert was in de loop van de jaren 1840 het turnen in de meeste middelbare scholen een feit geworden. Tussen 1850 en 1860 werden ook in bijna alle gemeentelijke basisscholen eenvoudige bewegingsoefeningen gegeven. Tegen 1882 waren veel scholen ook al goed uitgerust voor deze turnlessen, want tijdens de bondsfeesten, georganiseerd door de Antwerpse Bondsvereniging, werden ze hiervoor gelauwerd. De zalen waren ingericht naar het voorbeeld van de turnzaal die Cupérus in 1878 had ingericht in de gemeentelijke meisjesschool van de Provinciestraat. Buiten de schooluren werden ze ook gebruikt door turnverenigingen. 

Offline: This content can only be displayed when online.

Digitale publicaties

Blader hier door onze bibliotheek van digitale magazines, brochures, gidsen en andere publicaties.
Volledig scherm