icon kaart
asset_6.svg (copy)
header image

Begraafpark
Sint-Fredegandus

Katholieke versus burgerlijke begraafplaats

Begin 19de  eeuw bevestigde Napoleon het verbod van Jozef II om niet meer in de stad te begraven. Daarnaast voerde hij het principe van de eeuwigdurende concessie in. Met het eerste had de katholieke bevolking een probleem. Ze had een afkeer van de nieuwe burgerlijk geïnspireerde begraafplaatsen en zocht haar toevlucht tot de landelijke kerkhoven zoals dat van Sint-Fredegandus in Deurne. Door het dorpse karakter van de gemeente waren de regels van Jozef II hier niet van toepassing. Het dorpskerkhof werd snel de uitverkoren laatste rustplaats voor de Antwerpse hogere katholieke burgerij die in de omgeving van een kerk wilde begraven worden. Grote namen uit het politieke, sociaal-economische, religieuze en culturele leven van Antwerpen tussen 1850 en 1920 vonden hier hun laatste rustplek. De  eeuwigdurende concessie werd wel geapprecieerd, omdat het hen de mogelijkheid gaf een fraai uitgewerkt, monumentaal graf op te richten met oog voor detail, symboliek, materiaalkeuze en inplanting.

Populair

De vele mensen van buiten de gemeente die hier begraven wilden worden en de grote vraag naar de eeuwigdurende concessies, zorgden ervoor dat het kerkhof snel te klein werd. Om de toestroom te remmen van wat men in Deurne ‘vreemde lijken’ noemde,  werd in 1874 een belasting geheven. Deze werd betaald voor overledenen die niet in Deurne hadden gewoond. Ook de prijs van de concessies werd regelmatig verhoogd. De maatregelen dijkten de praktijk niet in en er was al snel plaatsgebrek op het kerkhof.

Inwijding  nieuwe begraafplaatsen op het Kiel en Stuivenberg 

In 1784 besliste Jozef II dat begraven in steden niet meer mocht. Het Groenkerkhof rond de kathedraal sloot en werd vervangen door  twee nieuwe begraafplaatsen buiten de stadswallen.

Offline: This content can only be displayed when online.
Offline: This content can only be displayed when online.
1786 
timeline.png

Uitbreiding

De provinciale geneeskundige commissie raadde het gemeentebestuur aan om aan de rand van Deurne een nieuwe begraafplaats op te richten. De belasting en de verkoop van concessies was een bron van inkomsten voor de gemeente. Het conservatief katholiek gemeentebestuur wilde het kerkhof dan ook behouden en hield vast aan een klein kerkhof rond Sint-Fredegandus. Na jarenlange discussies werd het kerkhof in 1885 in noordelijke richting uitgebreid. Doorheen de jaren volgden nog verschillende uitbreidingen. Zo evolueerde het pittoreske kerkhof tot een echte begraafplaats. Het duurde nog tot 1958 voor de nieuwe begraafplaats op Ruggeveld geopend werd.  

Indeling

Het oudste gedeelte van de begraafplaats is de zone rond de kerk. De lijnen volgen de contouren van de kerk. Door het steeds nijpender plaatsgebrek werden de graven een beetje chaotisch geschikt en stonden ze dicht op elkaar. De uitbreidingen van het kerkhof werden aangelegd in rasterpatroon, typerend voor veel 19de-eeuwse begraafplaatsen. Wie het zich kon permitteren, koos voor een eeuwigdurende concessie op een prominente plaats langs een van de hoofdpaden. De vormgeving, stijlkeuze, symbolen en grafsculptuur duidden op de politieke en filosofische overtuiging van de overledene en zijn familie, maar ook op hun status en kapitaal.

Einde van een tijdperk

Na de Eerste Wereldoorlog verdween geleidelijk het groen karakter van Deurne. De band van gegoede Antwerpse families met het landelijke Deurne ging stilaan verloren. Het verval van de begraafplaats begon heel geleidelijk.  De bescherming als landschap in 1976 veranderde daar weinig aan. In 1989 sloot de begraafplaats, met uitzondering van het beschermd gedeelte. In de bestaande  concessies mag men bijzettingen doen en lopende concessies kunnen vernieuwd worden.


  naast Lakborslei 46, 2100 Deurne

icon kaart
asset_6.svg (copy)
header image

Begraafpark
Sint-Fredegandus

  naast Lakborslei 46, 2100 Deurne

timeline.png
1786

Inwijding  nieuwe begraafplaatsen op het Kiel en Stuivenberg 

In 1784 besliste Jozef II dat begraven in steden niet meer mocht. Het Groenkerkhof rond de kathedraal sloot en werd vervangen door  twee nieuwe begraafplaatsen buiten de stadswallen.

Offline: This content can only be displayed when online.

Katholieke versus burgerlijke begraafplaats

Begin 19de  eeuw bevestigde Napoleon het verbod van Jozef II om niet meer in de stad te begraven. Daarnaast voerde hij het principe van de eeuwigdurende concessie in. Met het eerste had de katholieke bevolking een probleem. Ze had een afkeer van de nieuwe burgerlijk geïnspireerde begraafplaatsen en zocht haar toevlucht tot de landelijke kerkhoven zoals dat van Sint-Fredegandus in Deurne. Door het dorpse karakter van de gemeente waren de regels van Jozef II hier niet van toepassing. Het dorpskerkhof werd snel de uitverkoren laatste rustplaats voor de Antwerpse hogere katholieke burgerij die in de omgeving van een kerk wilde begraven worden. Grote namen uit het politieke, sociaal-economische, religieuze en culturele leven van Antwerpen tussen 1850 en 1920 vonden hier hun laatste rustplek. De  eeuwigdurende concessie werd wel geapprecieerd, omdat het hen de mogelijkheid gaf een fraai uitgewerkt, monumentaal graf op te richten met oog voor detail, symboliek, materiaalkeuze en inplanting.

Populair

De vele mensen van buiten de gemeente die hier begraven wilden worden en de grote vraag naar de eeuwigdurende concessies, zorgden ervoor dat het kerkhof snel te klein werd. Om de toestroom te remmen van wat men in Deurne ‘vreemde lijken’ noemde,  werd in 1874 een belasting geheven. Deze werd betaald voor overledenen die niet in Deurne hadden gewoond. Ook de prijs van de concessies werd regelmatig verhoogd. De maatregelen dijkten de praktijk niet in en er was al snel plaatsgebrek op het kerkhof.

Offline: This content can only be displayed when online.

Uitbreiding

De provinciale geneeskundige commissie raadde het gemeentebestuur aan om aan de rand van Deurne een nieuwe begraafplaats op te richten. De belasting en de verkoop van concessies was een bron van inkomsten voor de gemeente. Het conservatief katholiek gemeentebestuur wilde het kerkhof dan ook behouden en hield vast aan een klein kerkhof rond Sint-Fredegandus. Na jarenlange discussies werd het kerkhof in 1885 in noordelijke richting uitgebreid. Doorheen de jaren volgden nog verschillende uitbreidingen. Zo evolueerde het pittoreske kerkhof tot een echte begraafplaats. Het duurde nog tot 1958 voor de nieuwe begraafplaats op Ruggeveld geopend werd.  

Indeling

Het oudste gedeelte van de begraafplaats is de zone rond de kerk. De lijnen volgen de contouren van de kerk. Door het steeds nijpender plaatsgebrek werden de graven een beetje chaotisch geschikt en stonden ze dicht op elkaar. De uitbreidingen van het kerkhof werden aangelegd in rasterpatroon, typerend voor veel 19de-eeuwse begraafplaatsen. Wie het zich kon permitteren, koos voor een eeuwigdurende concessie op een prominente plaats langs een van de hoofdpaden. De vormgeving, stijlkeuze, symbolen en grafsculptuur duidden op de politieke en filosofische overtuiging van de overledene en zijn familie, maar ook op hun status en kapitaal.

Einde van een tijdperk

Na de Eerste Wereldoorlog verdween geleidelijk het groen karakter van Deurne. De band van gegoede Antwerpse families met het landelijke Deurne ging stilaan verloren. Het verval van de begraafplaats begon heel geleidelijk.  De bescherming als landschap in 1976 veranderde daar weinig aan. In 1989 sloot de begraafplaats, met uitzondering van het beschermd gedeelte. In de bestaande  concessies mag men bijzettingen doen en lopende concessies kunnen vernieuwd worden.


Digitale publicaties

Blader hier door onze bibliotheek van digitale magazines, brochures, gidsen en andere publicaties.
Volledig scherm