FelixArchief, Oudeleeuwenrui 29,
2000 Antwerpen
Bezoek de expo’s: ‘800 jaar ’t stad’ en ‘Onder de Leien, een gracht vol schatten’
FelixArchief
Privilegiekom
In de 13de eeuw bewaarde de stad haar belangrijke documenten in het toenmalige stadhuis, in de zogeheten 'privilegiekom', een kist van meer dan twee meter lang. De oorkonde of het charter van 1221 en andere belangrijke Antwerpse documenten werden er in bewaard. De kist was op een ingenieuze manier beveiligd. De sleutels van de 13 sloten werden verdeeld over de stadsbestuurders. Alleen door allemaal samen te werken, konden zij de koffer openen. De kist zal te bekijken zijn in het stadhuis na de renovatie.
Eerste archief
Door de gestage aanbouw van de stad, groeide de stapel documenten. De privilegiekom voldeed niet meer aan de eisen. Tot aan de Franse Revolutie bewaarden de verschillende diensten die in het stadhuis zijn gevestigd elk hun eigen documenten. Vanaf 1796 werd er een stadsarchivaris aangesteld voor het bewaren en het beheren van de archieven. De gemeentewet van 1836 legde de bewaring van het archief ook op als een verplichte taak van de gemeenten. Tot de eerste helft van de 20ste eeuw bleef het stadsarchief in het stadhuis. Daarna verhuisde het archief in verschillende tussenstops. Het college liet zijn oog vallen op de voormalige gebouwen van de Openbare Kas van Lening in de Venusstraat. De gebouwen waren niet voorzien voor een archief, waardoor een deel in 1953 een tijdelijk onderkomen vond aan de Meirbrug. Op 15 december 1956 werd de nieuwe en bijzonder moderne stek in de Venusstraat plechtig ingehuldigd.
Ondanks de aankoop van extra magazijnruimte kampte het stadsarchief er vanaf de jaren 1980 met plaatsgebrek. Bovendien was het gebouw onvoldoende uitgerust naar brandpreventie en klimatisatie. In 1997 besliste het Antwerpse bestuur om het stadsarchief over te brengen naar het Sint-Felixpakhuis.
Unieke pakhuisarchitectuur
Het pakhuis werd tussen 1859 en 1861 gebouwd naar een ontwerp van architect Felix Pauwels. Dit was in opdracht van de Compagnie Générale de Matériels de Chemin de Fer, een constructieatelier voor spoorwegbouw uit Molenbeek. Kort na de voltooiing woedde er een brand die was overgeslagen van het aanpalende ‘Raffinerie Belge’. Het pakhuis werd in korte tijd herbouwd, met aandacht voor de brandveiligheid en recuperatie van de bruikbare delen van het oorspronkelijke pand. Als brandmaatregel zorgde een binnenstraat ervoor dat het gebouw bovengronds in twee gedeeld werd. Ondergronds richtte men een dikke brandmuur op. Verder scheidden brandgangen het pakhuis van de naastliggende panden.
De opslagruimten namen het grootste gedeelte van het nieuwe pakhuis in beslag. Ze werden geritmeerd door gietijzeren kolommen die de moer- en kinderbalken ondersteunen. Later werden I-liggers ondersteund door houten kolommen toegevoegd om het draagvermogen te verhogen. De opslagruimten waren onderverdeeld in vijf blokken, elk met een eigen trappenhuis. Ze strekten zich uit over acht bouwlagen. De centrale doorgang was overdekt met een glazen koepel, waarvan de volledige constructie in 1922 vervangen werd. De indrukwekkende kelders bestonden uit gemetselde zuilen, waarop de hoger staande gietijzeren kolommen rustten. Ze vormden de basis van zeer zorgvuldig gemetselde kruisribgewelven.
Vandaag is de voorgevel aan de Godefriduskaai nog steeds indrukwekkend door zijn eenvoud. Alle ramen zijn in ijzer, behalve het grote raam in het middenrisaliet, dat in hout is. Het middenrisaliet heeft een fronton met halfverheven beeldhouwwerk. De smallere achtergevel aan de Oudeleeuwenrui is op dezelfde wijze afgewerkt. In 1885 wordt op het nummer 27 een hydraulische centrale opgericht die Sint-Felix, en tot 1930 de nabijgelegen pakhuizen voorziet van waterkracht voor onder andere de hijsinstallaties.
Hertog Hendrik I verleende Antwerpen stadsrechten.
Het FelixArchief bewaart het document.
Opslagplaats
Het Sint-Felixpakhuis kwam in 1912 in handen van de stad Antwerpen. Tussen 1922 en 1940 diende het pakhuis voor de opslag van koffie, hop en graan. Tijdens de Tweede Wereldoorlog voegde de Duitse bezetter verbindingsbruggetjes toe boven de binnenstraat, om vlotter van de ene hoek van naar de andere te gaan. Ook na de Tweede Wereldoorlog was het een opslagplaats voor goederen. Tussen 1950 en 1965 huurde de Tabaksnatie het pakhuis als magazijn. Door het steeds verder opschuiven van de havenactiviteiten naar het noorden, verdween de magazijnfunctie. In 1975 begon het Havenbedrijf met de ontmanteling van de hijsmaterialen en de ontruiming van de lokalen. Sindsdien vonden er in het Sint-Felixpakhuis film- en toneelvoorstellingen, concerten en tentoonstellingen plaats. In 1976 nam een Koninklijk Besluit het Sint-Felixpakhuis op in de lijst van beschermde historische monumenten. Het werd erkend als een waardevol en uniek industrieel historisch pand, dat bovendien als architectonisch geheel bewaard bleef.
Pakhuis werd archief
In 1997 besloot de stad Antwerpen het Sint-Felixpakuis om te vormen tot het FelixArchief voor de huisvesting van het Antwerps stadsarchief. De plannen voor de renovatie werden getekend door architectenbureau Robbrecht en Daem. De oorspronkelijke structuur bleef behouden. De restauratie en renovatie is omkeerbaar: nieuwe onderdelen, zoals de archiefcontainers, kunnen worden ontmanteld. Ook het industriële erfgoed kreeg een vakkundige restauratie om daarna opnieuw op zijn oorspronkelijke plaats geïnstalleerd te worden. De belangrijkste wijziging was de leeszaal op de zesde verdieping die een nieuwe, zelfdragende tentvormige dakstructuur kreeg, onderbroken door drie patio’s. In 2006 verhuisde het stadsarchief naar het Sint-Felixpakhuis en kreeg het de nieuwe naam: FelixArchief.
FelixArchief
FelixArchief, Oudeleeuwenrui 29,
2000 Antwerpen
Bezoek de expo’s: ‘800 jaar ’t stad’ en ‘Onder de Leien, een gracht vol schatten’
Hertog Hendrik I verleende Antwerpen stadsrechten.
Het FelixArchief bewaart het document.
Privilegiekom
In de 13de eeuw bewaarde de stad haar belangrijke documenten in het toenmalige stadhuis, in de zogeheten 'privilegiekom', een kist van meer dan twee meter lang. De oorkonde of het charter van 1221 en andere belangrijke Antwerpse documenten werden er in bewaard. De kist was op een ingenieuze manier beveiligd. De sleutels van de 13 sloten werden verdeeld over de stadsbestuurders. Alleen door allemaal samen te werken, konden zij de koffer openen. De kist zal te bekijken zijn in het stadhuis na de renovatie.
Eerste archief
Door de gestage aanbouw van de stad, groeide de stapel documenten. De privilegiekom voldeed niet meer aan de eisen. Tot aan de Franse Revolutie bewaarden de verschillende diensten die in het stadhuis zijn gevestigd elk hun eigen documenten. Vanaf 1796 werd er een stadsarchivaris aangesteld voor het bewaren en het beheren van de archieven. De gemeentewet van 1836 legde de bewaring van het archief ook op als een verplichte taak van de gemeenten. Tot de eerste helft van de 20ste eeuw bleef het stadsarchief in het stadhuis. Daarna verhuisde het archief in verschillende tussenstops. Het college liet zijn oog vallen op de voormalige gebouwen van de Openbare Kas van Lening in de Venusstraat. De gebouwen waren niet voorzien voor een archief, waardoor een deel in 1953 een tijdelijk onderkomen vond aan de Meirbrug. Op 15 december 1956 werd de nieuwe en bijzonder moderne stek in de Venusstraat plechtig ingehuldigd.
Ondanks de aankoop van extra magazijnruimte kampte het stadsarchief er vanaf de jaren 1980 met plaatsgebrek. Bovendien was het gebouw onvoldoende uitgerust naar brandpreventie en klimatisatie. In 1997 besliste het Antwerpse bestuur om het stadsarchief over te brengen naar het Sint-Felixpakhuis.
Unieke pakhuisarchitectuur
Het pakhuis werd tussen 1859 en 1861 gebouwd naar een ontwerp van architect Felix Pauwels. Dit was in opdracht van de Compagnie Générale de Matériels de Chemin de Fer, een constructieatelier voor spoorwegbouw uit Molenbeek. Kort na de voltooiing woedde er een brand die was overgeslagen van het aanpalende ‘Raffinerie Belge’. Het pakhuis werd in korte tijd herbouwd, met aandacht voor de brandveiligheid en recuperatie van de bruikbare delen van het oorspronkelijke pand. Als brandmaatregel zorgde een binnenstraat ervoor dat het gebouw bovengronds in twee gedeeld werd. Ondergronds richtte men een dikke brandmuur op. Verder scheidden brandgangen het pakhuis van de naastliggende panden.
De opslagruimten namen het grootste gedeelte van het nieuwe pakhuis in beslag. Ze werden geritmeerd door gietijzeren kolommen die de moer- en kinderbalken ondersteunen. Later werden I-liggers ondersteund door houten kolommen toegevoegd om het draagvermogen te verhogen. De opslagruimten waren onderverdeeld in vijf blokken, elk met een eigen trappenhuis. Ze strekten zich uit over acht bouwlagen. De centrale doorgang was overdekt met een glazen koepel, waarvan de volledige constructie in 1922 vervangen werd. De indrukwekkende kelders bestonden uit gemetselde zuilen, waarop de hoger staande gietijzeren kolommen rustten. Ze vormden de basis van zeer zorgvuldig gemetselde kruisribgewelven.
Vandaag is de voorgevel aan de Godefriduskaai nog steeds indrukwekkend door zijn eenvoud. Alle ramen zijn in ijzer, behalve het grote raam in het middenrisaliet, dat in hout is. Het middenrisaliet heeft een fronton met halfverheven beeldhouwwerk. De smallere achtergevel aan de Oudeleeuwenrui is op dezelfde wijze afgewerkt. In 1885 wordt op het nummer 27 een hydraulische centrale opgericht die Sint-Felix, en tot 1930 de nabijgelegen pakhuizen voorziet van waterkracht voor onder andere de hijsinstallaties.
Opslagplaats
Het Sint-Felixpakhuis kwam in 1912 in handen van de stad Antwerpen. Tussen 1922 en 1940 diende het pakhuis voor de opslag van koffie, hop en graan. Tijdens de Tweede Wereldoorlog voegde de Duitse bezetter verbindingsbruggetjes toe boven de binnenstraat, om vlotter van de ene hoek van naar de andere te gaan. Ook na de Tweede Wereldoorlog was het een opslagplaats voor goederen. Tussen 1950 en 1965 huurde de Tabaksnatie het pakhuis als magazijn. Door het steeds verder opschuiven van de havenactiviteiten naar het noorden, verdween de magazijnfunctie. In 1975 begon het Havenbedrijf met de ontmanteling van de hijsmaterialen en de ontruiming van de lokalen. Sindsdien vonden er in het Sint-Felixpakhuis film- en toneelvoorstellingen, concerten en tentoonstellingen plaats. In 1976 nam een Koninklijk Besluit het Sint-Felixpakhuis op in de lijst van beschermde historische monumenten. Het werd erkend als een waardevol en uniek industrieel historisch pand, dat bovendien als architectonisch geheel bewaard bleef.
Pakhuis werd archief
In 1997 besloot de stad Antwerpen het Sint-Felixpakuis om te vormen tot het FelixArchief voor de huisvesting van het Antwerps stadsarchief. De plannen voor de renovatie werden getekend door architectenbureau Robbrecht en Daem. De oorspronkelijke structuur bleef behouden. De restauratie en renovatie is omkeerbaar: nieuwe onderdelen, zoals de archiefcontainers, kunnen worden ontmanteld. Ook het industriële erfgoed kreeg een vakkundige restauratie om daarna opnieuw op zijn oorspronkelijke plaats geïnstalleerd te worden. De belangrijkste wijziging was de leeszaal op de zesde verdieping die een nieuwe, zelfdragende tentvormige dakstructuur kreeg, onderbroken door drie patio’s. In 2006 verhuisde het stadsarchief naar het Sint-Felixpakhuis en kreeg het de nieuwe naam: FelixArchief.