compass.png
hero-5.png

Energiebesparing
in diensten en
industrie

Ruim 20% van de CO2-uitstoot komt van gebouwen uit de dienstensector. 10,6% komt uit de niet-ETS industrie, dat wil zeggen de industrie die geen Europese uitstootrechten koopt. Het loont dus om ook de winkels, kantoren, horeca, verzorgingssector, cultuurhuizen, industrie en bedrijventerreinen energie-efficiënter te maken.

Zonnenpanelen op een constructie van de NMBS langs de snelweg
© Toon Grobet

Om bedrijven te ondersteunen richting meer energie-efficiëntie, startte de stad ‘Samen KlimaatActief’ (SKA) op. Dit is een virtuele marktplaats die vraag en aanbod bij elkaar brengt van bedrijven die informatie willen en (hernieuwbare)  energie-investeringen willen doen. 

Met de ontwikkeling van ‘Blue Gate Antwerp’ werkt de stad met privé-partners aan het eerste circulaire, watergebonden bedrijventerrein. Eerste realisaties zoals ‘BlueChem’ en ‘Blue App’ zijn een feit. BlueChem helpt jonge en groeibedrijven om te innoveren in duurzame chemie door hun producten op de markt te brengen en hen hun volledig commercieel potentieel te laten bereiken. Het open innovatieplatform ‘BlueApp’ van de Universiteit Antwerpen test duurzame chemie uit in een multidisciplinaire aanpak door onderzoekers en bedrijven met elkaar in contact te brengen. 

We stimuleren handelaars om duurzaam te investeren in hun gebouwen en dat komt het straatbeeld en de uitstraling van Antwerpen als winkelstad ten goede. De toelage voor de renovatie van handelspanden blijft behouden. Het reglement voor de toelage werd recent aangepast en is sterker gericht op het behalen van de klimaatdoelstellingen.

21 Dit wordt verduidelijkt in de Onderbouwingsnota

5.1 Wat doen we al?

150-dpi-webversie-lin...

5.3.1 Samen Klimaatactief verder versterken

We versterken de werking en impact van ‘Samen Klimaatactief’. Een betere naamsbekendheid en performanter platform zorgen ervoor dat meer bedrijven gebruik maken van het platform en dus zullen investeren in energie-efficiëntie. Daarnaast wil de stad ‘Samen Klimaatactief’ inzetten in nieuwe projecten inzake renovatie, hernieuwbare energie (wind en zon) en bedrijventerreinen.
   

5.3.2 Een verplichte renovatie

De belangrijkste hefboom komt vanuit Vlaanderen met de in het regeerakkoord aangekondigde verplichting om vanaf 2021 tertiaire gebouwen ten laatste 5 jaar na een notariële overdracht grondig energetisch te renoveren. Vanaf 2025 moeten alle grote niet-residentiële gebouwen waar de mogelijkheid tot verwarming of koeling in voorzien is, over een energieprestatielabel beschikken en vanaf 2030 moeten deze gebouwen een minimaal energieprestatielabel bereiken. Lokaal volgt de stad Antwerpen dit proces op en stemt ze haar lokaal instrumentarium hierop af.

5.3.3 Gebouwen groep stad

De openbare sector staat in voor een groot aandeel van de dienstensector binnen Stad Antwerpen (ziekenhuizen, scholen, rust- en verzorgingstehuizen, politie en brandweer, administratieve gebouwen, sporthallen en zwembaden, cultuurhuizen…).  Het Vlaams regeerakkoord stelt vanaf 2020 een jaarlijkse besparing van 2,09% voorop in het energieverbruik van het gebouwenpark van lokale besturen (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed).

In de beheersovereenkomst met het stedelijk vastgoedbedrijf AG VESPA werd overeengekomen dat AG VESPA met haar strategisch vastgoedbeheer de in het Vlaams regeerakkoord voor lokale besturen ingeschreven doelstellingen op vlak van het terugdringen van broeikasgassen en de vermindering van het energieverbruik in het gebouwenpark, zal ondersteunen.

De energieprestaties van gebouwen binnen het stedelijk patrimonium die door stadsdiensten worden gebruikt, worden systematisch verbeterd via een structurele aanpak van de Energiebeheerscel (EBC) van AG VESPA. De EBC voert energie-audits uit, inventariseert het potentieel aan mogelijke energiebesparende investeringen en investeringen in hernieuwbare energieproductie, voert die investeringen uit die zich binnen een bepaalde termijn terugbetalen, financiert deze vanuit een rollend fonds en betaalt deze terug met het bedrag dat wordt uitgespaard op de energiefactuur. Om ook het rendabel potentieel aan energiebesparing en hernieuwbare energie te valoriseren binnen de verhuurde en in concessie gegeven stedelijke gebouwen, zal een aparte aanpak worden ontwikkeld. Daarbij kan gedacht worden aan het in de markt zetten van energieprestatiecontracten – zoals deze uitgewerkt door het Vlaams Energiebedrijf – of aan de uitbreiding van de werking van de EBC naar het verhuurde patrimonium.

De mogelijke inzet van de Energiebeheercel van AG VESPA voor de energetische renovatie van het  patrimonium van andere onderdelen van groep stad (Politie, Brandweer, Zorgbedrijf…) wordt onderzocht.


5.3.4 Smart Building Consortium onderzoekt energieneutrale gebouwen en wijken

Het Smart Building Consortium, met leden als Quares, Bopro, Vooruitzicht, Van Wellen, Immpact, Revive, Arcadis, zal samen met de stad Antwerpen onder de noemer ‘Retrofit Gebouwen’ onderzoeken hoe de bouwsector, middels de unieke focus op technologie, de transitie naar energie-efficiëntie kan maken. Het wil een antwoord bieden op de vraag hoe oudere gebouwen en/of wijken getransformeerd kunnen worden richting energiezuinig en klimaatneutraal. Hiervoor zal een traject opgezet worden met als streefdoel ambitieuze en tegelijk uitvoerbare, technologische oplossingen.
 

5.3.5 Klimaatneutrale bedrijventerreinen

Stad Antwerpen streeft naar klimaatneutraliteit bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen, zoals bij Blue Gate Antwerp.  Bij bestaande bedrijventerreinen zal de Stad Antwerpen samen met de bedrijven op zoek gaan naar innovatieve oplossingen en samenwerkingen die hanteerbaar zijn in de huidige setting van de bedrijventerreinen. De gekozen oplossingen mogen niet leiden tot extra kosten die een concurrentienadeel zouden vormen voor deze bedrijven.  Op basis van een pilootproject kan de stad verder onderzoeken hoe men, stapsgewijs, klimaatneutraliteit kan bereiken bij bestaande terreinen. De ‘lessons learned’ kunnen dan ook geïmplementeerd worden op andere bedrijventerreinen. Waar mogelijk worden warmtenetten geïntegreerd.

5.3.6 Faciliteren warmte-uitwisseling tussen bedrijven

Samen met warmtenetbeheerder Fluvius, helpen we bedrijven die een energiebeleidsovereenkomst (EBO) hebben afgesloten om bij de periodieke energie-audit van hun activiteiten na te gaan of eventuele restwarmte kan uitgekoppeld worden naar naburige bedrijven of (via warmtenetten) naar residentiële afnemers voor gebouwenverwarming. Omgekeerd gaan we ook na of zulke bedrijven voor de invulling van hun warmtebehoefte gebruik kunnen maken van elders geproduceerde restwarmte. Op die manier helpen we mee invulling te geven aan de in het Vlaams regeerakkoord vooropgestelde uitbreiding van de energiebeleidsovereenkomsten naar leveringen van restwarmte.


Stad Antwerpen zal in het geval van een positieve business case samen met Fluvius deze warmte-uitwisselingen faciliteren door de aanleg van de nodige warmteleidingen op het openbare domein.

Onderzoek naar mogelijkheden CO2-afvang, -transport en –recyclage

We onderzoeken of we ook de uitstoot van belangrijke niet-ETS bronnen kunnen afvangen met het oog op transport en opslag (‘carbon capture and storage’) of recyclage (‘carbon capture and utilisation’). Dit zowel op technisch vlak (mogelijkheden CO2-afvang uit rookgassen) als op economisch vlak. Samen met het Havenbedrijf bekijken we of ook niet-ETS bronnen binnen het havengebied gebruik kunnen maken van de daar geplande infrastructuur voor transport, verscheping of recyclage van CO2.

De afvang, recyclage of opslag van CO2 uit afvalverbranding kan  leiden tot zogenaamde “negatieve emissies”. Het zorgt ervoor dat CO2 uit de atmosfeer wordt gehaald, vastgelegd wordt in biomassa (biosfeer) om vervolgens na verbranding te worden opgeslagen in de “technosfeer” (bij CO2-recyclage in nieuwe producten) of in de geosfeer (bij CO2-opslag in lege gasvelden onder de Noordzee).


5.3 Maatregelen

Renovatie apartementsgebouw
© Frederik Beyens

Zowel de dienstensector als de niet-ETS industrie leverden de afgelopen jaren al grote bijdrages tot de reducties van de CO2-uitstoot in Antwerpen. In de onderbouwingsnota hebben we hen samengebracht onder het hoofdstuk ‘Werken’ en streven we naar 20% vermindering van uitstoot tegen 203021. Voor de dienstensector rekenen we op emissiereducties die we kunnen realiseren door verder in te zetten op de vernieuwingsgraad van gebouwen. Nieuwe technologie en meer collectieve benaderingen met uitwisseling van energie, bijvoorbeeld warmte, tussen bedrijven maken het mogelijk nog stappen te zetten in lijn met Europese doelstellingen voor de niet-ETS industrie.  

5.2 Doelstellingen

5

         Dit Klimaatplan 2030 wil een boost geven aan nieuwe duurzame jobs en innovatie

asset_2_2_300x.png (copy1)
scroll animatie

5.
Energie-
besparing in
diensten en
industrie

Ruim 20% van de CO2-uitstoot komt van gebouwen uit de dienstensector. 10,6% komt uit de niet-ETS industrie, dat wil zeggen de industrie die geen Europese uitstootrechten koopt. Het loont dus om ook de winkels, kantoren, horeca, verzorgingssector, cultuurhuizen, industrie en bedrijventerreinen energie-efficiënter te maken.

5.1 Wat doen we al?

Om bedrijven te ondersteunen richting meer energie-efficiëntie, startte de stad ‘Samen KlimaatActief’ (SKA) op. Dit is een virtuele marktplaats die vraag en aanbod bij elkaar brengt van bedrijven die informatie willen en (hernieuwbare)  energie-investeringen willen doen. 

Met de ontwikkeling van ‘Blue Gate Antwerp’ werkt de stad met privé-partners aan het eerste circulaire, watergebonden bedrijventerrein. Eerste realisaties zoals ‘BlueChem’ en ‘Blue App’ zijn een feit. BlueChem helpt jonge en groeibedrijven om te innoveren in duurzame chemie door hun producten op de markt te brengen en hen hun volledig commercieel potentieel te laten bereiken. Het open innovatieplatform ‘BlueApp’ van de Universiteit Antwerpen test duurzame chemie uit in een multidisciplinaire aanpak door onderzoekers en bedrijven met elkaar in contact te brengen. 

We stimuleren handelaars om duurzaam te investeren in hun gebouwen en dat komt het straatbeeld en de uitstraling van Antwerpen als winkelstad ten goede. De toelage voor de renovatie van handelspanden blijft behouden. Het reglement voor de toelage werd recent aangepast en is sterker gericht op het behalen van de klimaatdoelstellingen.

5.2 Doelstellingen

Zowel de dienstensector als de niet-ETS industrie leverden de afgelopen jaren al grote bijdrages tot de reducties van de CO2-uitstoot in Antwerpen. In de onderbouwingsnota hebben we hen samengebracht onder het hoofdstuk ‘Werken’ en streven we naar 20% vermindering van uitstoot tegen 203021. Voor de dienstensector rekenen we op emissiereducties die we kunnen realiseren door verder in te zetten op de vernieuwingsgraad van gebouwen. Nieuwe technologie en meer collectieve benaderingen met uitwisseling van energie, bijvoorbeeld warmte, tussen bedrijven maken het mogelijk nog stappen te zetten in lijn met Europese doelstellingen voor de niet-ETS industrie.  

150-dpi-webversie-lin...

Renovatie apartementsgebouw
© Frederik Beyens

5.3 Maatregelen

5.3.1 Samen Klimaatactief verder versterken

We versterken de werking en impact van ‘Samen Klimaatactief’. Een betere naamsbekendheid en performanter platform zorgen ervoor dat meer bedrijven gebruik maken van het platform en dus zullen investeren in energie-efficiëntie. Daarnaast wil de stad ‘Samen Klimaatactief’ inzetten in nieuwe projecten inzake renovatie, hernieuwbare energie (wind en zon) en bedrijventerreinen.
   

5.3.2 Een verplichte renovatie

De belangrijkste hefboom komt vanuit Vlaanderen met de in het regeerakkoord aangekondigde verplichting om vanaf 2021 tertiaire gebouwen ten laatste 5 jaar na een notariële overdracht grondig energetisch te renoveren. Vanaf 2025 moeten alle grote niet-residentiële gebouwen waar de mogelijkheid tot verwarming of koeling in voorzien is, over een energieprestatielabel beschikken en vanaf 2030 moeten deze gebouwen een minimaal energieprestatielabel bereiken. Lokaal volgt de stad Antwerpen dit proces op en stemt ze haar lokaal instrumentarium hierop af.

5.3.3 Gebouwen groep stad

De openbare sector staat in voor een groot aandeel van de dienstensector binnen Stad Antwerpen (ziekenhuizen, scholen, rust- en verzorgingstehuizen, politie en brandweer, administratieve gebouwen, sporthallen en zwembaden, cultuurhuizen…).  Het Vlaams regeerakkoord stelt vanaf 2020 een jaarlijkse besparing van 2,09% voorop in het energieverbruik van het gebouwenpark van lokale besturen (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed).

In de beheersovereenkomst met het stedelijk vastgoedbedrijf AG VESPA werd overeengekomen dat AG VESPA met haar strategisch vastgoedbeheer de in het Vlaams regeerakkoord voor lokale besturen ingeschreven doelstellingen op vlak van het terugdringen van broeikasgassen en de vermindering van het energieverbruik in het gebouwenpark, zal ondersteunen.

De energieprestaties van gebouwen binnen het stedelijk patrimonium die door stadsdiensten worden gebruikt, worden systematisch verbeterd via een structurele aanpak van de Energiebeheerscel (EBC) van AG VESPA. De EBC voert energie-audits uit, inventariseert het potentieel aan mogelijke energiebesparende investeringen en investeringen in hernieuwbare energieproductie, voert die investeringen uit die zich binnen een bepaalde termijn terugbetalen, financiert deze vanuit een rollend fonds en betaalt deze terug met het bedrag dat wordt uitgespaard op de energiefactuur. Om ook het rendabel potentieel aan energiebesparing en hernieuwbare energie te valoriseren binnen de verhuurde en in concessie gegeven stedelijke gebouwen, zal een aparte aanpak worden ontwikkeld. Daarbij kan gedacht worden aan het in de markt zetten van energieprestatiecontracten – zoals deze uitgewerkt door het Vlaams Energiebedrijf – of aan de uitbreiding van de werking van de EBC naar het verhuurde patrimonium.

De mogelijke inzet van de Energiebeheercel van AG VESPA voor de energetische renovatie van het  patrimonium van andere onderdelen van groep stad (Politie, Brandweer, Zorgbedrijf…) wordt onderzocht.


5.3.4 Smart Building Consortium onderzoekt energieneutrale gebouwen en wijken

Het Smart Building Consortium, met leden als Quares, Bopro, Vooruitzicht, Van Wellen, Immpact, Revive, Arcadis, zal samen met de stad Antwerpen onder de noemer ‘Retrofit Gebouwen’ onderzoeken hoe de bouwsector, middels de unieke focus op technologie, de transitie naar energie-efficiëntie kan maken. Het wil een antwoord bieden op de vraag hoe oudere gebouwen en/of wijken getransformeerd kunnen worden richting energiezuinig en klimaatneutraal. Hiervoor zal een traject opgezet worden met als streefdoel ambitieuze en tegelijk uitvoerbare, technologische oplossingen.
 

5.3.5 Klimaatneutrale bedrijventerreinen

Stad Antwerpen streeft naar klimaatneutraliteit bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen, zoals bij Blue Gate Antwerp.  Bij bestaande bedrijventerreinen zal de Stad Antwerpen samen met de bedrijven op zoek gaan naar innovatieve oplossingen en samenwerkingen die hanteerbaar zijn in de huidige setting van de bedrijventerreinen. De gekozen oplossingen mogen niet leiden tot extra kosten die een concurrentienadeel zouden vormen voor deze bedrijven.  Op basis van een pilootproject kan de stad verder onderzoeken hoe men, stapsgewijs, klimaatneutraliteit kan bereiken bij bestaande terreinen. De ‘lessons learned’ kunnen dan ook geïmplementeerd worden op andere bedrijventerreinen. Waar mogelijk worden warmtenetten geïntegreerd.

5.3.6 Faciliteren warmte-uitwisseling tussen bedrijven

Samen met warmtenetbeheerder Fluvius, helpen we bedrijven die een energiebeleidsovereenkomst (EBO) hebben afgesloten om bij de periodieke energie-audit van hun activiteiten na te gaan of eventuele restwarmte kan uitgekoppeld worden naar naburige bedrijven of (via warmtenetten) naar residentiële afnemers voor gebouwenverwarming. Omgekeerd gaan we ook na of zulke bedrijven voor de invulling van hun warmtebehoefte gebruik kunnen maken van elders geproduceerde restwarmte. Op die manier helpen we mee invulling te geven aan de in het Vlaams regeerakkoord vooropgestelde uitbreiding van de energiebeleidsovereenkomsten naar leveringen van restwarmte.


         Dit Klimaatplan 2030 wil een boost geven aan nieuwe duurzame jobs en innovatie

asset_2_2_300x.png (copy1)

Stad Antwerpen zal in het geval van een positieve business case samen met Fluvius deze warmte-uitwisselingen faciliteren door de aanleg van de nodige warmteleidingen op het openbare domein.

Onderzoek naar mogelijkheden CO2-afvang, -transport en –recyclage

We onderzoeken of we ook de uitstoot van belangrijke niet-ETS bronnen kunnen afvangen met het oog op transport en opslag (‘carbon capture and storage’) of recyclage (‘carbon capture and utilisation’). Dit zowel op technisch vlak (mogelijkheden CO2-afvang uit rookgassen) als op economisch vlak. Samen met het Havenbedrijf bekijken we of ook niet-ETS bronnen binnen het havengebied gebruik kunnen maken van de daar geplande infrastructuur voor transport, verscheping of recyclage van CO2.

De afvang, recyclage of opslag van CO2 uit afvalverbranding kan  leiden tot zogenaamde “negatieve emissies”. Het zorgt ervoor dat CO2 uit de atmosfeer wordt gehaald, vastgelegd wordt in biomassa (biosfeer) om vervolgens na verbranding te worden opgeslagen in de “technosfeer” (bij CO2-recyclage in nieuwe producten) of in de geosfeer (bij CO2-opslag in lege gasvelden onder de Noordzee).


21 Dit wordt verduidelijkt in de Onderbouwingsnota

Digitale publicaties

Blader hier door onze bibliotheek van digitale magazines, brochures, gidsen en andere publicaties.
Volledig scherm